Wkb: Dit zijn de gevolgen voor gemeenten

De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (later Wkb) is aangenomen. De wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2018. In korte tijd gaat er veel veranderen voor burgers, gemeenten en aannemers. Wat gaat er voor u als gemeente veranderen?

De gevolgen voor gemeenten door invoering van Wkb zijn aanzienlijk. De wet heeft niet alleen grote financiële gevolgen. Het heeft ook aanzienlijke gevolgen voor uw formatie.

Hierbij een korte impressie van wat de gevolgen zijn als de wet werking treedt.

Werkprocessen veranderen drastisch

De technische toetsing en een belangrijk deel van het bouwtoezicht (gevolgklasse 1) worden niet meer gedaan door gemeenten en moeten uit het bestaande proces worden gehaald. Daarnaast komen er extra taken bij. Zo moet voordat een vergunning wordt afgegeven gecontroleerd worden of de kwaliteitsborger gecertificeerd is en of de toegepaste werkmethode (instrument) geschikt is. Als laatste moet het as built dossier van de opdrachtgever in ontvangst worden genomen en opgeslagen worden.

Ook blijven er taken bij gemeenten liggen die in de huidige situatie tijdens reguliere werkzaamheden ‘meegenomen’ kunnen worden. In de nieuwe situatie zal dit apart in de organisatie ingeregeld moeten gaan worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan:

  • Controle op veiligheid in omgeving van de bouwplaats
  • Registraties BAG en WOZ
  • Monumentenzorg

De mate van effect op de organisatie is afhankelijk van hoe dit op dit moment in de organisatie is georganiseerd.

Kleinere formatie

Per gemeente zijn de gevolgen voor de formatie erg verschillend. Met name het aandeel woningbouw(gevolgklasse 1) in uw gemeente zegt veel over het effect op uw formatie.

Veel gemeenten hebben rekening gehouden met de nieuwe wet en hebben een flexibele schil in de formatie aangebracht. Ook wordt er soms ‘geschoven’ met de werkvoorraad zodat men op korte termijn met minder mensen uit de voeten kan, en op lange termijn met iets meer.

Hoe dan ook zal Wkb op de langere termijn zorgen voor een kleinere formatie. Inschattingen lopen uiteen van 15% minder toetsing tot 45% minder toezicht (gevolgklasse 1). Als ook gevolgklassen 2 en 3 door private partijen geborgd gaat worden lopen deze ramingen op van 30% (toetsing) en 75% (toezicht).

ZiN neemt graag professionals van gemeenten in dienst. Lees hier meer.

Lagere leges

Het is duidelijk dat de leges moeten gaan dalen. Onduidelijk is nog in welke mate dit gaat gebeuren. Gemeenten zijn hiervoor deels zelf verantwoordelijk. Wel wordt de vrijheid die gemeenten op dit moment daarover hebben aan banden gelegd. Worden de leges direct gerelateerd aan de vervallen taken dan zullen de leges 40%-45% dalen.

Extra toezicht en handhaving

In de eerste periode zal extra toezicht en handhaving nodig zijn. Bijvoorbeeld door een verkeerde beoordeling van vergunningvrij bouwen. Dit komt omdat de regelgeving voor iedereen nieuw is, partijen moeten wennen aan de nieuwe werkwijze. Ook zullen er partijen zijn die de ‘randen’ van de nieuwe regelgeving zullen gaan opzoeken. Dat maakt de urgentie van toezicht en handhaving in de eerste periode nog groter.

Verwachte toename informatieverstrekking

Bedrijven en burgers zullen in de beginfase meer behoefte hebben aan overleg; met name omdat men niet zeker is over de nieuwe manier van werken. Afhankelijk van uw gemeentelijke organisatie nu kan het zijn dat er zelfs extra medewerkers aangetrokken moeten worden om deze stroom goed te kunnen verwerken.

Software aanpassen

De meeste gemeenten gebruiken speciale software bij de taken van Bouw- en woningtoezicht. Deze software zal op verschillende punten aangepast moeten gaan worden. Het kan zijn dat dit extra kosten met zich mee gaat brengen.

ZiN onderzoekt voor gemeenten de gevolgen van invoering van WKB en adviseert gemeenten over hoe zij hiermee om kunnen gaan. Lees hier meer.